Soms kun je het niet alleen: dan heb je iemand nodig om mee te kijken, mee te denken, aan te reiken, getuige en bedding te zijn en het moment samen met jou te dragen. Er is moed voor nodig om de wens om te zetten in de daad en steun te vragen. Afscheid van een vriendschap, afscheid van het alleen-doen en alleen-zijn, afscheid van een nare periode, deze verzoeken kwamen onlangs op mijn pad. Ik ben geraakt door de intensiteit van de gevoelens achter het verzoek en de wens om deze belangrijke gebeurtenissen de aandacht te geven die het verdient. En ook voel ik me vereerd door het vertrouwen dat ik krijg om dit samen met hen vorm te geven.
Gesteund door de ongeziene wereld creëren we een veld waarin een andere tijdsbeleving is, waarin allerlei doorleefde gebeurtenissen hun eigen (soms nieuwe) betekenis krijgen en we ons laten leiden door wat kloppend is in het moment. De elementen en de dieren spelen hun rol en we verbazen ons nergens meer over.
Ockenburg krijgt steeds meer krachtplekken, want daarvan ben ik overtuigd: alles wat plaatsvindt in de natuur, behoudt de energie van in dit geval het ritueel en verspreidt deze verder de wereld in.
Zelf heb ik laatst ook steun gevraagd vanwege bovenstaande redenen: iets wat meer vroeg dan alleen tot een inzicht komen, dat vroeg om een markering, een besluit: nu is het genoeg!
Mijn vader was de aanleiding, althans het beeld dat ik van een vader had gemaakt en waar ik nog steeds naar zocht. Ook in dit ritueel in de natuur kreeg ik nieuwe betekenissen aangereikt, kon ik voor het eerst ongegeneerd een andere kant van mezelf toestaan en voelde ik me na afloop weer wat 'heler'. Dank Jos van www.spiritcompany.org
Heb je ook een wens om iets in je leven te markeren? Durf te vragen! Het kan een opening geven naar nieuwe gebieden in je leven.
dinsdag 23 juli 2013
vrijdag 5 juli 2013
Er vliegt er weer één uit....
Middenin het proces zit ik, het proces van het tweede kind dat gaat uitvliegen, dit keer de oudste zoon. Boogschutter als hij is, is er ineens een kamer en gaat alles in een sneltreinvaart. Herkenbaar maar o zo wennen iedere keer weer omdat ik anders in elkaar zit.
Te vroeg nog voor een afscheidsritueel (want hij gaat volgende week) herken ik allerlei rituele momenten: met z'n vieren fietsen om voor het eerst zijn kamer te bekijken, een uniek eenmalig moment; 's avonds in de kamer beide achter de laptop, af en toe een gesprekje, een muziekje, even overleg.
Op de dag dat ik hoor dat zijn kamer doorgaat, ga ik de natuur in, bron van troost. Onze oudste is geboren midden in de winter, te vroeg, en op z'n geboortekaartje hadden we een deel uit een mooi gedicht van Cees Nooteboom opgenomen dat eindigde met de zin: '...een vlinder in de winter', dat was hij ook: vijf weken te vroeg geboren, zo klein. Op mijn wandeling door de duinen kruisen voortdurend vlinders mijn pad, vliegen een stukje mee, één gaat pal voor me op de grond zitten en blijft daar. Ik moet aan het geboortekaartje denken en huil om de schoonheid van deze mooie ontmoeting.
Bij een meditatie herinner ik me ineens dat een auralezer ooit had gezegd dat hij te vroeg geboren was omdat mijn lichaam zijn licht niet kon dragen. Ik begreep dat toen niet en heb het ergens geparkeerd. En nu realiseer ik me dat ik zijn licht ga missen, als een donderslag komt dit inzicht binnen: dàt is het dus, waarom ik ook mijn andere zoon nog steeds zo kan missen.
Ik plaats een berichtje op de vrouwenpagina van facebook, om te delen en het proces waar alle moeders in komen meer bespreekbaar te maken. Er zitten zoveel kanten aan deze stap naar zelfstandigheid. Ze mogen allemaal benoemd, maar het rouwen voelt nog steeds als een taboe. Daarom schrijf ik er nu ook over. En hoop dat velen mij volgen. wordt vervolgd...
Te vroeg nog voor een afscheidsritueel (want hij gaat volgende week) herken ik allerlei rituele momenten: met z'n vieren fietsen om voor het eerst zijn kamer te bekijken, een uniek eenmalig moment; 's avonds in de kamer beide achter de laptop, af en toe een gesprekje, een muziekje, even overleg.
Op de dag dat ik hoor dat zijn kamer doorgaat, ga ik de natuur in, bron van troost. Onze oudste is geboren midden in de winter, te vroeg, en op z'n geboortekaartje hadden we een deel uit een mooi gedicht van Cees Nooteboom opgenomen dat eindigde met de zin: '...een vlinder in de winter', dat was hij ook: vijf weken te vroeg geboren, zo klein. Op mijn wandeling door de duinen kruisen voortdurend vlinders mijn pad, vliegen een stukje mee, één gaat pal voor me op de grond zitten en blijft daar. Ik moet aan het geboortekaartje denken en huil om de schoonheid van deze mooie ontmoeting.
Bij een meditatie herinner ik me ineens dat een auralezer ooit had gezegd dat hij te vroeg geboren was omdat mijn lichaam zijn licht niet kon dragen. Ik begreep dat toen niet en heb het ergens geparkeerd. En nu realiseer ik me dat ik zijn licht ga missen, als een donderslag komt dit inzicht binnen: dàt is het dus, waarom ik ook mijn andere zoon nog steeds zo kan missen.
Ik plaats een berichtje op de vrouwenpagina van facebook, om te delen en het proces waar alle moeders in komen meer bespreekbaar te maken. Er zitten zoveel kanten aan deze stap naar zelfstandigheid. Ze mogen allemaal benoemd, maar het rouwen voelt nog steeds als een taboe. Daarom schrijf ik er nu ook over. En hoop dat velen mij volgen. wordt vervolgd...
vrijdag 14 juni 2013
Voorbij de passie oftewel stil-zijn
Ik word er vaak mee wakker, met een lied in mijn hoofd, een melodie. Meestal een bestaande, maar soms is hij in m'n droom ontstaan en schrijf ik snel wat zelfbedachte noten op om de melodie te onthouden.
Bij Anne op de massagetafel hoor ik ook een melodie, zoals zo vaak. Omdat het helemaal stil is neem ik waar dat dit in mijn hoofd rondzingt, net als gedachten.
Ik heb een 'stil-zijn' sessie bij haar afgesproken. Anne wil haar aanbod de wereld inbrengen, ik kom uit nieuwsgierigheid. We praten nog even voor ik op de tafel ga liggen en ik vertel haar over iets naars dat me die dag had geraakt. Ze geeft me het advies het niet per se mee te nemen de sessie in, het te laten voor wat het is.
Terwijl haar handen mijn voeten vasthouden, kom ik meer in de waarneming van alles wat ik denk en voel, en moet denken aan de Boeddhistische oefening om je gedachten als wolken voorbij te laten drijven zonder ze 'vast te pakken'. Het lijkt alsof ik zak, steeds dieper terwijl ik me volledig gewaar ben van handen, liefdevolle handen, en van de afwezigheid van geluid; ze woont ook nog eens in een zeer rustige straat...:)
Anne trekt zachtjes aan mijn benen maar het woord 'trekken' is veel te sterk, het is een hele lichte beweging. Daarin voel ik ruimte ontstaan waarin ik verder kan zakken, het voelt als zakken in mezelf.
Ik denk: 'oh heerlijk, zo voelt de leegte, de dood'. En realiseer me dat ik niet voor niets op aarde ben, dat ik hier ben om mijn bijdrage te leveren. En ik stel mezelf de vraag wat die dan is: wat is nu jouw diepste drijfveer om hier te zijn? Ik kan er niet goed bijkomen, voel de passie niet die ik zo goed ken als ik met mijn werk bezig ben. En zonder oordeel neem ik dit waar.
En ineens komen daar de woorden 'niet goed genoeg' vanuit een soort koker, een diepte naar de oppervlakte. Een oude bekende, aah, is dàt het?' en ik voel er geen emotie bij, alleen herkenning en een licht gevoel van compassie. Dat ga ik nog wel onderzoeken. En ik laat het gaan.
Ik zak en zak dieper en er zijn geen gedachten meer, geen woorden, geen gevoelens. Soms lijkt het alsof ik in slaap val omdat ik een geluid uit m'n keel hoor, maar dan voel ik haar handen, nu bij m'n hoofd, en ben ik gewoon, zonder iets te willen. Dit is dus stil-zijn, waarin alles goed is, sterker nog, waarin alles is. Geen oordeel, geen willen, geen voelen, geen drive, wiegen, gewiegd worden, zo subtiel dat het bijna niet voelbaar is. Ik heb geen idee hoe lang het duurt. Op een gegeven moment zegt Anne dat het bijna tijd is en dat ze m'n voeten gaat aanraken. Heerlijk dat ze m'n voeten weer aanraakt, ik wil het liefst dat ze niet stopt.
Alsof ik uit een diepe slaap die geen slaap is kom, reis ik terug naar mijn dagelijkse laag van bewustzijn, waar het ook nog stil is en ja hoor, ik hoor meteen weer muziek in m'n hoofd, dit keer een ander lied dan toen de sessie startte. Dan realiseer ik me dat de muziek weg is geweest, dat ik echt in totale stilte heb vertoefd, in een laag waar eigenlijk geen woorden voor te vinden zijn, zo vredevol, zo leeg, vol van leegte, van zijn. Zelfs mijn begeleiders zijn stil geweest, wat ik achteraf ervaar als de beste steun die ze me konden geven.
Er is een oneindigheid aan lagen van bewustzijn en lagen van zijn, het blijft me fascineren.
Op de terugweg merk ik dat de lading af is van het nare voorval, het raakt me niet meer en ik kan er in liefde naar kijken.
Dank Anne voor dit cadeau, ik kom bij je terug.
www.stil-zijn.nl
Bij Anne op de massagetafel hoor ik ook een melodie, zoals zo vaak. Omdat het helemaal stil is neem ik waar dat dit in mijn hoofd rondzingt, net als gedachten.
Ik heb een 'stil-zijn' sessie bij haar afgesproken. Anne wil haar aanbod de wereld inbrengen, ik kom uit nieuwsgierigheid. We praten nog even voor ik op de tafel ga liggen en ik vertel haar over iets naars dat me die dag had geraakt. Ze geeft me het advies het niet per se mee te nemen de sessie in, het te laten voor wat het is.
Terwijl haar handen mijn voeten vasthouden, kom ik meer in de waarneming van alles wat ik denk en voel, en moet denken aan de Boeddhistische oefening om je gedachten als wolken voorbij te laten drijven zonder ze 'vast te pakken'. Het lijkt alsof ik zak, steeds dieper terwijl ik me volledig gewaar ben van handen, liefdevolle handen, en van de afwezigheid van geluid; ze woont ook nog eens in een zeer rustige straat...:)
Anne trekt zachtjes aan mijn benen maar het woord 'trekken' is veel te sterk, het is een hele lichte beweging. Daarin voel ik ruimte ontstaan waarin ik verder kan zakken, het voelt als zakken in mezelf.
Ik denk: 'oh heerlijk, zo voelt de leegte, de dood'. En realiseer me dat ik niet voor niets op aarde ben, dat ik hier ben om mijn bijdrage te leveren. En ik stel mezelf de vraag wat die dan is: wat is nu jouw diepste drijfveer om hier te zijn? Ik kan er niet goed bijkomen, voel de passie niet die ik zo goed ken als ik met mijn werk bezig ben. En zonder oordeel neem ik dit waar.
En ineens komen daar de woorden 'niet goed genoeg' vanuit een soort koker, een diepte naar de oppervlakte. Een oude bekende, aah, is dàt het?' en ik voel er geen emotie bij, alleen herkenning en een licht gevoel van compassie. Dat ga ik nog wel onderzoeken. En ik laat het gaan.
Ik zak en zak dieper en er zijn geen gedachten meer, geen woorden, geen gevoelens. Soms lijkt het alsof ik in slaap val omdat ik een geluid uit m'n keel hoor, maar dan voel ik haar handen, nu bij m'n hoofd, en ben ik gewoon, zonder iets te willen. Dit is dus stil-zijn, waarin alles goed is, sterker nog, waarin alles is. Geen oordeel, geen willen, geen voelen, geen drive, wiegen, gewiegd worden, zo subtiel dat het bijna niet voelbaar is. Ik heb geen idee hoe lang het duurt. Op een gegeven moment zegt Anne dat het bijna tijd is en dat ze m'n voeten gaat aanraken. Heerlijk dat ze m'n voeten weer aanraakt, ik wil het liefst dat ze niet stopt.
Alsof ik uit een diepe slaap die geen slaap is kom, reis ik terug naar mijn dagelijkse laag van bewustzijn, waar het ook nog stil is en ja hoor, ik hoor meteen weer muziek in m'n hoofd, dit keer een ander lied dan toen de sessie startte. Dan realiseer ik me dat de muziek weg is geweest, dat ik echt in totale stilte heb vertoefd, in een laag waar eigenlijk geen woorden voor te vinden zijn, zo vredevol, zo leeg, vol van leegte, van zijn. Zelfs mijn begeleiders zijn stil geweest, wat ik achteraf ervaar als de beste steun die ze me konden geven.
Er is een oneindigheid aan lagen van bewustzijn en lagen van zijn, het blijft me fascineren.
Op de terugweg merk ik dat de lading af is van het nare voorval, het raakt me niet meer en ik kan er in liefde naar kijken.
Dank Anne voor dit cadeau, ik kom bij je terug.
www.stil-zijn.nl
vrijdag 7 juni 2013
De kracht van zingen
Waar zing jij het liefst? Als je al zingt? Veel mensen die vinden dat ze niet kunnen zingen maar het wel graag doen noemen de auto als meest ultieme plek waar je helemaal vrij kunt zingen. Ook bij mij klinken in die kleine vertrouwde ruimte regelmatig krachtige liederen, soms met rouwende uithalen, soms met woede, soms met een uitbundige vreugde.
De douche is nummer twee, hoewel veel mensen bang zijn dat de buren of huisgenoten hen horen.
Wat is dat toch, die angst voor afkeuring en oordeel?
Zo jong al krijgen velen van ons te horen dat ze stil moeten zijn, dat ze beter hun mond kunnen houden, dat ze vals zingen. Weg plezier, en het verlangen wordt diep weggestopt. Tot het zich niet langer laat tegenhouden, dat verlangen.
Waar zing jij het liefst? Neem eens 15 seconden om daar bij stil te staan.
En gun jezelf vandaag dan eens een lied, maakt niet wat voor lied, zet iets op wat je mooi vindt en neurie mee, zing een lievelingslied uit je jeugd, laat iets opborrelen uit jezelf, zing tegen een plant, dier of boom, maar ZING. En voel daarna eens wat het met je heeft gedaan. Zonder oordeel, alleen maar voelen en waarnemen.
En als je dit onderzoek een vervolg wil geven, kom dan een keer (laagdrempelig) zingen in de tipi, en kijk wat het met je doet om met een groepje mensen te zingen, zomaar, omdat ze allemaal zo van zingen houden.
Voor mij zelf geldt de uitspraak: 'een dag niet gezongen is een dag niet geleefd', steeds sterker is deze gewaarwording na een dag niet gezongen te hebben. Daarom zing ik iedere dag. En ik gun jou hetzelfde plezier.
De douche is nummer twee, hoewel veel mensen bang zijn dat de buren of huisgenoten hen horen.
Wat is dat toch, die angst voor afkeuring en oordeel?
Zo jong al krijgen velen van ons te horen dat ze stil moeten zijn, dat ze beter hun mond kunnen houden, dat ze vals zingen. Weg plezier, en het verlangen wordt diep weggestopt. Tot het zich niet langer laat tegenhouden, dat verlangen.
Waar zing jij het liefst? Neem eens 15 seconden om daar bij stil te staan.
En gun jezelf vandaag dan eens een lied, maakt niet wat voor lied, zet iets op wat je mooi vindt en neurie mee, zing een lievelingslied uit je jeugd, laat iets opborrelen uit jezelf, zing tegen een plant, dier of boom, maar ZING. En voel daarna eens wat het met je heeft gedaan. Zonder oordeel, alleen maar voelen en waarnemen.
En als je dit onderzoek een vervolg wil geven, kom dan een keer (laagdrempelig) zingen in de tipi, en kijk wat het met je doet om met een groepje mensen te zingen, zomaar, omdat ze allemaal zo van zingen houden.
Voor mij zelf geldt de uitspraak: 'een dag niet gezongen is een dag niet geleefd', steeds sterker is deze gewaarwording na een dag niet gezongen te hebben. Daarom zing ik iedere dag. En ik gun jou hetzelfde plezier.
woensdag 29 mei 2013
Mee met de stroom, hoe gaat dat eigenlijk?
Ik heb genoeg te doen, maar de zon schijnt en ik besluit naar buiten te gaan. Sinds lange tijd trek ik mijn hardloopkleren weer eens aan en vertrek. Dat is een tegenvaller: ik voel meteen mijn kuit, die ik de afgelopen dagen ook al een beetje voelde maar verder heb genegeerd. Half rennend, half wandelend ga ik door, want ik wil zo graag de zee zien, horen, ruiken en voelen.
Wandelend in de duinen kom ik Bonnie tegen bij wie ik regelmatig een meditatie en andere mooie workshops volg. Heerlijk om meteen even over kernzaken te praten, en wat dat voor ons dan blijkt te zijn: alles begint bij liefde voor jezelf. We zijn blij dat we onszelf deze vroege ochtend in de duinen gunnen en vervolgen ieder onze weg.
Het strand is prachtig, perfect voor een labyrint. Het brengt me op het idee een keer een labyrintloop aan te bieden in de vroege ochtend voordat mensen naar hun werk gaan. Ik wandel een tijdje langs de vloedlijn, de zee is koud en heerlijk verfrissend.
Door de duinen vervolg ik mijn weg. Ik realiseer me dat (noodgedwongen) wandelen ook fijn is, omdat ik nu meer hoor en zie. Als ik hardloop ben ik vooral bezig met mijn lijf en wat meer in mezelf gekeerd, nu hoor ik de vogels het mooie weer bejubelen, ontmoet ik bomen, herken ik smeerwortelplanten en ben van plan nu eindelijk eens brandnetels te plukken en daar soep van te maken. Ik denk aan de visualisatie van een paar dagen terug bij Willemijn, de zus van Bonnie, waar een stralende figuur me iets aanreikte: een trap van licht die ik op liep. Daarachter was leegte, niets, ik liet me vallen, het was eng maar ik kon niet anders, en hoorde: "Zo is de dood, het grote niets waar alles mogelijk is. Alles kan gecreëerd worden". En terwijl ik verder wandel komen de ideeën achter elkaar binnenstromen, alsof er een kraan wordt aangezet, een overvloed aan mogelijkheden in een eindeloos veld.
Verder lopend kom ik een vrouw tegen die ik ken uit de buurt, we groeten elkaar altijd maar voor het eerst raken we in gesprek. Helemaal blij wordt ze als ze over mijn aanbod in de tipi en het labyrint hoort. "Dat heb ik nou net nodig'. Twee moeders van school passeren en groeten ons, één heeft al een paar keer een labyrint bij me gelopen. Ik zeg dat het een perfect strand is voor een labyrint en leg uit hoe ze hem kunnen maken op het harde zand.
Langs de Bosjes van Pex zie ik zoveel fluitekruid staan en besluit een grote bos te plukken voor Theo die mij nog toeliet bij een bijeenkomst die eigenlijk al vol was. Zo aardig van hem.
In mijn straat kom ik weer een moeder van school tegen die reageert op mijn enorme bos bloemen: 'Daar zijn ze voor'! We praten over onze levende en al overgegane moeders, onze worstelingen in de zorg eromheen, onze plek als volwassen dochters, en omhelzen elkaar in herkenning.
Zo kan het gaan als je met de stroom van het leven beweegt: langzamer gaan door een kuit die aandacht vraagt, en precies op het juiste moment de juiste mensen ontmoeten. Ik voel me gedragen. Wat een rijkdom.
Wandelend in de duinen kom ik Bonnie tegen bij wie ik regelmatig een meditatie en andere mooie workshops volg. Heerlijk om meteen even over kernzaken te praten, en wat dat voor ons dan blijkt te zijn: alles begint bij liefde voor jezelf. We zijn blij dat we onszelf deze vroege ochtend in de duinen gunnen en vervolgen ieder onze weg.
Het strand is prachtig, perfect voor een labyrint. Het brengt me op het idee een keer een labyrintloop aan te bieden in de vroege ochtend voordat mensen naar hun werk gaan. Ik wandel een tijdje langs de vloedlijn, de zee is koud en heerlijk verfrissend.
Door de duinen vervolg ik mijn weg. Ik realiseer me dat (noodgedwongen) wandelen ook fijn is, omdat ik nu meer hoor en zie. Als ik hardloop ben ik vooral bezig met mijn lijf en wat meer in mezelf gekeerd, nu hoor ik de vogels het mooie weer bejubelen, ontmoet ik bomen, herken ik smeerwortelplanten en ben van plan nu eindelijk eens brandnetels te plukken en daar soep van te maken. Ik denk aan de visualisatie van een paar dagen terug bij Willemijn, de zus van Bonnie, waar een stralende figuur me iets aanreikte: een trap van licht die ik op liep. Daarachter was leegte, niets, ik liet me vallen, het was eng maar ik kon niet anders, en hoorde: "Zo is de dood, het grote niets waar alles mogelijk is. Alles kan gecreëerd worden". En terwijl ik verder wandel komen de ideeën achter elkaar binnenstromen, alsof er een kraan wordt aangezet, een overvloed aan mogelijkheden in een eindeloos veld.
Verder lopend kom ik een vrouw tegen die ik ken uit de buurt, we groeten elkaar altijd maar voor het eerst raken we in gesprek. Helemaal blij wordt ze als ze over mijn aanbod in de tipi en het labyrint hoort. "Dat heb ik nou net nodig'. Twee moeders van school passeren en groeten ons, één heeft al een paar keer een labyrint bij me gelopen. Ik zeg dat het een perfect strand is voor een labyrint en leg uit hoe ze hem kunnen maken op het harde zand.
Langs de Bosjes van Pex zie ik zoveel fluitekruid staan en besluit een grote bos te plukken voor Theo die mij nog toeliet bij een bijeenkomst die eigenlijk al vol was. Zo aardig van hem.
In mijn straat kom ik weer een moeder van school tegen die reageert op mijn enorme bos bloemen: 'Daar zijn ze voor'! We praten over onze levende en al overgegane moeders, onze worstelingen in de zorg eromheen, onze plek als volwassen dochters, en omhelzen elkaar in herkenning.
Zo kan het gaan als je met de stroom van het leven beweegt: langzamer gaan door een kuit die aandacht vraagt, en precies op het juiste moment de juiste mensen ontmoeten. Ik voel me gedragen. Wat een rijkdom.
zondag 5 mei 2013
Het Labyrint van Chartres
Het was alweer een tijd geleden dat ik het labyrint had gelopen en het verlangen groeide en groeide, ik voelde het letterlijk in mijn lijf. Samen met labyrintwerker Kitty Hendriks, die ik via facebook heb leren kennen, ging ik op reis, met de auto, een prachtige dag, donderdag 25 april. We arriveerden rond een uur of vier en gingen zo snel mogelijk de kathedraal in, voor een eerste begroeting. Wat is het toch een mooie plek, iedere keer weer ben ik verrast door het gevoel van ruimte dat ik binnen in me ervaar als ik er ben en om me heen kijk. Hier zijn mensen aan het werk geweest die wisten van oude tijden, van de moedergodin, van religie-overstijgend denken en van schoonheid. Veel beelden, maar geen Christus aan het kruis. Bevrijdend om hier in alle openheid van te mogen genieten. 's Avonds een vesperdienst bijgewoond in de crypte waar we recht tegenover het beeld van Maria zaten. Een bof, want de crypte kun je normaliter alleen binnengaan met een gids. Daarna genoten we van de volle maan, we bezongen haar met het lied 'Neesa' en we zaten lange tijd bij de prachtige lichtshow die buiten werd geprojecteerd op de kathedraal.
De volgende ochtend staan we om 8.30 uur voor het hek, en betreden zo'n beetje als eersten de kathedraal. Vrijdag is de dag dat alle stoelen van het labyrint worden gehaald en het gelopen kan worden, de andere dagen is het bezet met stoelen. Kitty had me verteld dat ze het eigenlijk wel mooi vond, dit gebruik, omdat het dan iedere keer weer opnieuw vrij wordt gemaakt. Gedachten hebben kracht, dat blijkt maar weer. Want alle stoelen staan er nog! We kijken elkaar aan en besluiten dat er niets anders op zit dan zelf aan de slag te gaan. 'Dit is heilig werk', zeggen we tegen elkaar en vanaf dat moment gaat het als vanzelf, alsof onze taak is verschoven van ontvangen naar ook zelf faciliteren net zoals we in Nederland doen. Na verloop van tijd worden we geholpen door een paar andere mensen die ook voor het labyrint komen.
En die eerste stap het labyrint in, heilige plek, voelt weer als thuiskomen. Ik hoor steeds vaker stemmen in me als ik me open stel, en nu is dat ook zo, bemoediging vooral, het 'stemt' me blij en dankbaar. Het is alsof ik de afgelopen paar jaar van mijn leven loop, ik kan voelen welke stappen ik heb gezet en hoe ik steeds meer de stem van mijn hart ben gaan volgen. Ook voel ik een sterke verbinding met de Aarde en voel de uitnodiging me nog meer met haar te verbinden. Ik begin zacht te zingen en de twee vrouwen en man die achter me liepen, nemen het over. Op bepaalde momenten als we dicht in elkaars buurt lopen blijken de stemmen wonderwel te harmoniëren. Ik ontvang het als een boodschap dat het goed is dat ik mensen meeneem in het zingen.
Na Kitty betreed ik het centrum, stap op de zes roosbladeren terwijl ik een gebed zeg en kniel in het midden. De drie mensen die zongen blijken een echtpaar en een vrouw die als een geestelijke fungeert. Onverwacht zijn Kitty en ik getuige van een verbindingsritueel in het centrum, de geestelijke pakt de handen van man en vrouw samen en prevelt een gebed, een zegening waarvan ik alleen het woord 'shanti' versta. Na het korte ritueel maak ik oogcontact met de echtgenote, die tranen in haar ogen heeft, en ik zing spontaan een paar keer 'shanti'. Dan verlaten zij het centrum en zij wij weer alleen. Ik zing het lied 'I am one with the heart of the Mother' en dan vervolg ik ook mijn weg, het labyrint uit. Zo rustig en vervullend als de heenweg voor mij is, zo turbulent wordt het vervolg. De concierge loopt met een karretje met spullen achter zich aan dwars door het labyrint, vooral zijn bozige energie raakt me. Ik ben even met hem bezig: 'wat is je verdriet?', jaar in jaar uit, want ik herken hem van andere keren. En bedenk me dat als ik hem deze vraag zou stellen, hij wellicht nóg bozer zou worden. Ik voel compassie en open mijn hart, en zo loop ik verder. Dan komt een groep Italiaanse toeristen met een gids die hen bijna het labyrint in jaagt alsof het een onderdeel van het programma is dat even afgewerkt moet worden. In sneltreinvaart lopen ze dicht achter elkaar aan door de paden. Verbaasd blijf ik staan en bedenk me hoe eenvoudig het is om mensen tot een verdiepende ervaring uit te nodigen. Ik overweeg om de gids aan te spreken en haar te vragen of ze de mensen iets heeft verteld over het labyrint, de boodschapper in mij... Maar zie ervan af.
Eerst voel ik boosheid en zou willen roepen dat het een heilig symbool is, geen gewauwel en geklets in het labyrint. Moet denken aan Jezus die de kooplieden verjoeg uit de tempel.
Dan voel ik verdriet. Wat me raakt in het gedrag van de gids en dat van de concierge is het ontbreken van respect voor dit eeuwenoude symbool, het voelt als een ontheiliging. De tranen lopen over m'n wangen, ik heb geen behoefte ze tegen te houden en ik laat ze gaan. Op een gegeven moment kom ik de hele groep op een pad tegen, ik laat een aantal mensen passeren, achter elkaar lopen ze snel door, tot ik voel dat ik het niet langer kan, ik blijf staan en sluit m'n ogen, maak me energetisch groot, en denk: doe maar wat je wilt, ik ga nu niet meer opzij. Als ik m'n ogen weer open, zie ik een man voor me die stilstaat en niet weet wat hij moet doen, en ik laat hem en de rest passeren.
Verder lopend kan ik voelen dat het labyrint geen onderscheid maakt en geen oordeel heeft: het is er voor iedereen, wat hun redenen en hun interesses ook zijn. Daar kan ik nog wat van leren. Op het strand ontmoet ik alleen mensen die bewust komen voor het labyrint, hier is het publiek veel gemêleerder, hier is meer gelaagdheid, en alles mag er zijn.
Als ik het labyrint verlaat en bedank, schrijf ik mijn ervaringen op en zie dan de dochter van Michel, die ik -toeval bestaat niet- gisteren bij AH zag en me vertelde dat zijn dochter het labyrint ging lopen deze week. Ik praat even met haar en ga dan bij Maria met haar kind zitten, een beeld verderop en spreek met haar. Het is een prachtig eenvoudig houten beeld dat helaas is aangekleed met pracht en praal.Uit haar gezicht spreekt zoveel tegelijk, ongelooflijk dat iemand al die kwaliteiten in één beeld heeft kunnen vangen. Ze zegt me bij mezelf te blijven wat er ook gebeurt. 'Kijk wat voor kleed ze mij hebben aangetrokken, ik word er niet minder of anders door'.
's Middags lopen we het labyrint nog een keer. Ik heb voor vertrek 'het Jezus mysterie' van McGowan weer een keer gelezen en terwijl ik loop realiseer ik me ineens met een schok dat dit labyrint misschien wel teruggaat tot koning Salomo, die dit ontworpen zou hebben. De enorm lange lijn in generaties voel ik terwijl ik verder loop, verbonden met oude tijden. In het centrum lees ik een heilige tekst, voel me dankbaar en teruglopend ontmoet ik niets dan vriendelijkheid. Als ik na afloop bij het labyrint zit gaat een groep kinderen het labyrint in, huppelend en vrolijk vol levenslustige energie. Een mooie afsluiting.
Als ik dan ook nog informeer en te horen krijg dat het misschien mogelijk is om een keer met mijn octet in de kathedraal te zingen, keer ik opgetogen en vervuld huiswaarts.
De volgende ochtend staan we om 8.30 uur voor het hek, en betreden zo'n beetje als eersten de kathedraal. Vrijdag is de dag dat alle stoelen van het labyrint worden gehaald en het gelopen kan worden, de andere dagen is het bezet met stoelen. Kitty had me verteld dat ze het eigenlijk wel mooi vond, dit gebruik, omdat het dan iedere keer weer opnieuw vrij wordt gemaakt. Gedachten hebben kracht, dat blijkt maar weer. Want alle stoelen staan er nog! We kijken elkaar aan en besluiten dat er niets anders op zit dan zelf aan de slag te gaan. 'Dit is heilig werk', zeggen we tegen elkaar en vanaf dat moment gaat het als vanzelf, alsof onze taak is verschoven van ontvangen naar ook zelf faciliteren net zoals we in Nederland doen. Na verloop van tijd worden we geholpen door een paar andere mensen die ook voor het labyrint komen.
En die eerste stap het labyrint in, heilige plek, voelt weer als thuiskomen. Ik hoor steeds vaker stemmen in me als ik me open stel, en nu is dat ook zo, bemoediging vooral, het 'stemt' me blij en dankbaar. Het is alsof ik de afgelopen paar jaar van mijn leven loop, ik kan voelen welke stappen ik heb gezet en hoe ik steeds meer de stem van mijn hart ben gaan volgen. Ook voel ik een sterke verbinding met de Aarde en voel de uitnodiging me nog meer met haar te verbinden. Ik begin zacht te zingen en de twee vrouwen en man die achter me liepen, nemen het over. Op bepaalde momenten als we dicht in elkaars buurt lopen blijken de stemmen wonderwel te harmoniëren. Ik ontvang het als een boodschap dat het goed is dat ik mensen meeneem in het zingen.
Na Kitty betreed ik het centrum, stap op de zes roosbladeren terwijl ik een gebed zeg en kniel in het midden. De drie mensen die zongen blijken een echtpaar en een vrouw die als een geestelijke fungeert. Onverwacht zijn Kitty en ik getuige van een verbindingsritueel in het centrum, de geestelijke pakt de handen van man en vrouw samen en prevelt een gebed, een zegening waarvan ik alleen het woord 'shanti' versta. Na het korte ritueel maak ik oogcontact met de echtgenote, die tranen in haar ogen heeft, en ik zing spontaan een paar keer 'shanti'. Dan verlaten zij het centrum en zij wij weer alleen. Ik zing het lied 'I am one with the heart of the Mother' en dan vervolg ik ook mijn weg, het labyrint uit. Zo rustig en vervullend als de heenweg voor mij is, zo turbulent wordt het vervolg. De concierge loopt met een karretje met spullen achter zich aan dwars door het labyrint, vooral zijn bozige energie raakt me. Ik ben even met hem bezig: 'wat is je verdriet?', jaar in jaar uit, want ik herken hem van andere keren. En bedenk me dat als ik hem deze vraag zou stellen, hij wellicht nóg bozer zou worden. Ik voel compassie en open mijn hart, en zo loop ik verder. Dan komt een groep Italiaanse toeristen met een gids die hen bijna het labyrint in jaagt alsof het een onderdeel van het programma is dat even afgewerkt moet worden. In sneltreinvaart lopen ze dicht achter elkaar aan door de paden. Verbaasd blijf ik staan en bedenk me hoe eenvoudig het is om mensen tot een verdiepende ervaring uit te nodigen. Ik overweeg om de gids aan te spreken en haar te vragen of ze de mensen iets heeft verteld over het labyrint, de boodschapper in mij... Maar zie ervan af.
Eerst voel ik boosheid en zou willen roepen dat het een heilig symbool is, geen gewauwel en geklets in het labyrint. Moet denken aan Jezus die de kooplieden verjoeg uit de tempel.
Dan voel ik verdriet. Wat me raakt in het gedrag van de gids en dat van de concierge is het ontbreken van respect voor dit eeuwenoude symbool, het voelt als een ontheiliging. De tranen lopen over m'n wangen, ik heb geen behoefte ze tegen te houden en ik laat ze gaan. Op een gegeven moment kom ik de hele groep op een pad tegen, ik laat een aantal mensen passeren, achter elkaar lopen ze snel door, tot ik voel dat ik het niet langer kan, ik blijf staan en sluit m'n ogen, maak me energetisch groot, en denk: doe maar wat je wilt, ik ga nu niet meer opzij. Als ik m'n ogen weer open, zie ik een man voor me die stilstaat en niet weet wat hij moet doen, en ik laat hem en de rest passeren.
Verder lopend kan ik voelen dat het labyrint geen onderscheid maakt en geen oordeel heeft: het is er voor iedereen, wat hun redenen en hun interesses ook zijn. Daar kan ik nog wat van leren. Op het strand ontmoet ik alleen mensen die bewust komen voor het labyrint, hier is het publiek veel gemêleerder, hier is meer gelaagdheid, en alles mag er zijn.
Als ik het labyrint verlaat en bedank, schrijf ik mijn ervaringen op en zie dan de dochter van Michel, die ik -toeval bestaat niet- gisteren bij AH zag en me vertelde dat zijn dochter het labyrint ging lopen deze week. Ik praat even met haar en ga dan bij Maria met haar kind zitten, een beeld verderop en spreek met haar. Het is een prachtig eenvoudig houten beeld dat helaas is aangekleed met pracht en praal.Uit haar gezicht spreekt zoveel tegelijk, ongelooflijk dat iemand al die kwaliteiten in één beeld heeft kunnen vangen. Ze zegt me bij mezelf te blijven wat er ook gebeurt. 'Kijk wat voor kleed ze mij hebben aangetrokken, ik word er niet minder of anders door'.
's Middags lopen we het labyrint nog een keer. Ik heb voor vertrek 'het Jezus mysterie' van McGowan weer een keer gelezen en terwijl ik loop realiseer ik me ineens met een schok dat dit labyrint misschien wel teruggaat tot koning Salomo, die dit ontworpen zou hebben. De enorm lange lijn in generaties voel ik terwijl ik verder loop, verbonden met oude tijden. In het centrum lees ik een heilige tekst, voel me dankbaar en teruglopend ontmoet ik niets dan vriendelijkheid. Als ik na afloop bij het labyrint zit gaat een groep kinderen het labyrint in, huppelend en vrolijk vol levenslustige energie. Een mooie afsluiting.
Als ik dan ook nog informeer en te horen krijg dat het misschien mogelijk is om een keer met mijn octet in de kathedraal te zingen, keer ik opgetogen en vervuld huiswaarts.
zaterdag 20 april 2013
Het veld omarmen
Laatst was ik voor het
eerst op een uitvaartbeurs. Ik was uitgenodigd
een labyrint neer te leggen voor de bezoekers. Ik heb er twee op doek en gezien
de afmetingen van de ruimte waarbinnen het kon, besloten we de kleinste te
nemen, een pimalabyrint op een doek van 5 x 5 meter. Een pimalabyrint is een
afgeleide van het klassieke labyrint en kom je vaak tegen bij Indiaanse
afbeeldingen. Op mijn website vind je een afbeelding op de pagina over het
labyrint.
Rond 13.00 uur legde ik
hem uit, enkele bekenden gingen hem lopen, als uitnodiging voor anderen. Het
bleek nog niet eenvoudig om te midden van het vele geroezemoes het labyrint
geconcentreerd te lopen. Eén vrouw had vele labyrinten maar nog nooit het
pimalabyrint gelopen en liep deze vervolgens vol overgave. We hadden na afloop
meteen contact, over labyrinten en andere rituele zaken.
Op de valreep kwam een
bekende die het labyrint graag wilde lopen, al was ze de enige op dat moment. Tot die
tijd stond ik alles en iedereen in de gaten te houden: de mensen die in het labyrint liepen, maar ook de mensen eromheen die keken, de mensen die rondliepen,
terwijl ik een basisritme op mijn trom sloeg.
Toen deze vrouw liep,
nam ik me voor de rest nu even te laten en me alleen nog op haar en het
labyrint te concentreren. Ik omarmde als het ware de vijf vierkante meter met
mijn energie, voelde me uitdijen en groter worden en in een andere sfeer
belanden. Toen ze in het centrum stapte, keek ze me aan met een heldere,
intense blik, er was even niets anders meer dan wij in die grote kerk. Het
aankijken was tijdloos.
Na afloop vertelde ze
me dat ze op een gegeven moment alleen
nog maar mij zag en zich van niets en niemand anders meer bewust was.
Heerlijk te ervaren
dat het creëren van dit veld - iets wat op het strand bijna vanzelf ontstaat door de elementen - op iedere
plek mogelijk is.
Abonneren op:
Posts (Atom)